De eerste tuinen zijn ontstaan in de Levant, in West-Azië, rond het Middellandse Zeegebied. Dit was aan het eind van de IJstijd, min of meer zo’n 10.000 jaar geleden. Er werden al gewassen verbouwd en dieren gehouden.
Het eerste geschreven bewijs van een tuin komt uit het Gilgames epos dat is opgeschreven in spijkerschrift. Er wordt een stad beschreven die voor een derde uit tuinen bestond., maar dit waren voornamelijk palmboomgaarden.
In Europa zijn de eerste tuinen te vinden in het oude Griekenland, Kreta, Sicilië en Italië. Voor de vroegere Grieken was de natuur in zijn geheel een tuin, ze vonden het zo interessant dat ze de aanwezige planten gingen bestuderen. Deze traditie begon met Aristoteles en is gelukkig nooit opgehouden te bestaan. Vandaag de dag zijn er veel soorten tuinen. Zo heb je landelijke tuinen tot aan een kantoortuin.
Romeinse tuin
Er is in die tijd echter nog geen sprake van de landschapsarchitectuur zoals we die nu kennen. De Romeinen legden de basis voor de moderne tuin. Mensen met weinig inkomen gebruikten het voornamelijk om groenten te kweken, de welgestelden zagen hun tuin als bron voor inspiratie en om in alle rust te kunnen wandelen.
Na de val van het Romeinse Rijk introduceren de Moren hun tuinen in Europa. In Spanje zijn daar nog mooie voorbeelden van te vinden, zoals de Generalife in Granada. De rijk gedecoreerde patio’s zijn nog steeds een bron van inspiratie voor menig architect.
Klooster tuin
In de Middeleeuwen zijn het voornamelijk de kastelen en kloosters die afgegrensde tuinen hebben, deze bestond uit een rechthoekige ruimte met muren. Dit was een symbool voor de mens die zich schikte in zijn lot dat door God gegeven was. De boeren hadden wel tuinen, maar daar stonden geen muren, alleen een enkele kapschuur.
Van Renaissance tot Romantiek
De tuin veranderde van karakter in de Renaissance, de tijd waarop de menszelf zijn lot wilde gaan bepalen. Er kwamen weidse ruimtes met veel decoraties en geometrische vormen. De Barokke tuin bracht een totale verandering. Het door de Franse zonnekoning Lodewijk XIV gebouwde paleis van Versailles kreeg een immense tuin waarin alles symmetrisch is opgesteld.
Het diende tevens om tot uiting te laten brengen hoe groot zijn macht was. Later kwam hier het beroemde buitenverblijf van Marie-Antoinette te staan, waarin ze tussen de bedrijven door kon spelen dat ze een herderin was.
Later kwam daar de Romantiek waarin de mens vooral ontroerd wilde worden. Deze stijl wordt ook wel de Engels tuin genoemd. De bedoeling is dat een tuin zo natuurlijk mogelijk overkomt, maar ondertussen wordt er wel door een architect bepaald waar rotsen komen te liggen en welke bomen er staan. De tuin heeft ons mensen gefascineerd sinds we beschaafd op één plek zijn gaan wonen.